Totaal aantal pageviews

over allerdaagse dingen

Dit is mijn naakte waarheid blog
nu ook te lezen op naturisme totaal







maandag 31 mei 2010

Tent


Omdat we op een verjaardagsfeest in een onbezonnen moment onszelf “Ja leuk” hoorden roepen zaten wij een half jaar later 900 kilometer zuidelijker in een gehuurde tent onze zomervakantie te vieren. Wij zijn hopeloos in kamperen. Hoewel de tent voor ons gerief was voorzien van stokken van twee meter lengte bleven wij gebukt door het leven gaan.
De kunst van kamperen moet je als van jongs af aan zijn bijgebracht, dachten wij.
Dat is met veel dingen zo.

Mijn eerste tent was een afkeur van het leger die door een Oom die iets in het leger was bij ons werd afgeleverd.
Een grof legergroen geverfd canvas met twee houten stokken en wat kromme houten haringen die bijeen in een zak een slordige 15 kilo moet hebben gewogen. Voor het huis, op het groen van de gemeente, werd de tent wel eens met veel gedoe opgezet maar als ie eenmaal stond dan waren de buurt kinderen er als de kippen bij. Het rook binnen muf maar wij vonden dat horen bij de tent. Zo sloten wij onszelf op met de houtjes met touwtjes sluiting en daar die op sommige plekken waren verdwenen hadden wij ook nog eens raam in de tent ook!

Door het ontbreken van een grondzeil zaten wij op meegebrachte dekens en aten snoep of lazen elkaars stripverhalen tot het moment dat grote jongens uit de buurt onze tentstokken om trokken zodat wij bedolven onder tentzeil ons een uitweg moesten vinden en de tent als een vaatdoek lieten liggen tot de stok weer was heroverd.
Ook struikelden er regelmatig passanten over de velen uitbundige lijnen waarmee de tent overeind moest worden gehouden en brak zo'n lijn waardoor in de tent vreemde deuken ontstonden.
In het ergste geval scheurde de tent uit waarna we met een veiligheidsspeld de lappen stof bijeen moesten zien te houden tot er naald aan draad was uitgerukt om de schade te herstellen.

Mijn vader moet die ervaring van toen gebruikt hebben om ons nooit met de familie in tenten op onze vakanties te confronteren en had een klein zomerhuisje laten bouwen opdat wij nooit anders dan daarheen op vakantie zouden.
Toch heb ik nog eens een echte tent gekocht. Een stormvaste dubbeldeks katoenen tent met vaste kuipzeil en extra handige tentzakken. Vooral dat laatste leek me een noviteit waarmee ik op campings gezien mocht worden. “Kijk die jongen eens, die heeft zo’n tent met van die tentzakken” Zelf vond ik mijn eigen uitvinding van een handig aangebrachte tentverlichting op batterijen een topper. Niks geen gezoek naar een zaklamp meer maar een handige schakelaar aan de tentstok met in de nok van de tent een flinke 12 volts lamp zodat ik ruim licht had.

De effecten van de lamp waren voor veel campingbewoners overigens een bron van vermaak.
Nadat de lamp was aangezet teneinde het ontkleden wat te vereenvoudigen werden de contouren van zowel ik als mijn reis vriendinnetje haarscherp op het tentdoek geprojecteerd wat met het oog op onze liefkozingen en naakte silhouetten een prikkelend beeld moet hebben opgeleverd, elke nacht weer. Wij waren ons van deze exposure een tijdje niet bewust.

De tent heeft overigens altijd prima dienst gedaan. Nu staat hij in frankrijk en als hij nog niet is aangetast door vliegend ongedierte moet ik hem maar weer eens opzetten.
Dat kon ik in mijn jonge jaren binnen de 5 minuten. Kwestie van goed opvouwen als je hem afbreekt. De laatste keer dat ik hem heb opgezet was voor mijn toen nog jonge kinderen. De binnentent rook welliswaar wat muf en de kleur was er van af maar verder nog prima. In een van de handige tentzakken trof ik een oude ansichtkaart aan. “We zitten al dagen in de regen” stond er in bevlekte letters op te lezen. Nooit verstuurd. Het was te nat denk ik.

vrijdag 28 mei 2010

Past U op


Wilt U mijn stemadvies ter harte nemen?
Stem niet rechts. Er is weining sociaals aan en wat moet je met een Wilders, Rutte en Balkendende in 1 kabinet. Minder rechts maar toch wel rechts denkende Pechthold zou ik ook niet vertrouwen. Met dit gezeldschap gaan we gezellig het toch al afgebrokkeld sociaal beleid verder terugbrengen naar vooroorlogse toestanden waarbij geldt dat de rijken nog rijker worden, de arbeidsloze middenklasse in no time zijn huis kan opvreten en het klootjesvolk weer dienstmeid en knecht mag worden bij de hogere klasse.

Doorlerende kinderen zullen voortaan alleen nog maar komen uit families met een dik gevulde portemonee zodat de rijke klasse over tien jaar alle touwtjes in handen hebben. U lacht, maar het is al gaande.

Is links zaligmakend?

Nee. Maar zo’n kerel als Emile Roemer van de SP vind ik eerlijk en betrouwbaarder dan een vrijgezel in streepjepak die nog nooit vieze handen heeft hoeven te maken. Dus lezertjes, ik heb U gewaarschuwd. Kies geen rechts kabinet want dan werkt U tot uw 67of langer voor een schijntje door ( als je al werk hebt..) ,terwijl U om het hoofd boven water te houden genoodzaakt wordt om de schaarse familie juwelen te verpatsen om Uw moeder en grootmoeder te kunnen verzorgen en de kinderen te laten leren.

Bent U al rijk en zeker van Uw baan dan breken er bij een rechts kabinet heerlijke tijden aan. U zult over de hoofden van de minst draagkrachtigen heen U nog eenvoudiger kunnen verrijken. Ben U bankier, dan nodigt een rechts kabinet U graag uit om zitting te nemen als minister want van graaiers krijgt de politiek nooit genoeg.

Niet ziek worden natuurlijk want dan moet U uitwijken naar Belgie waar U nog wel geholpen kunt worden als hier de gezondheidzorg helemaal zijn failliet heeft bereikt.
Voor de armlastige inwoners in dit land komt er nog wel een goedkope manier om het leven voortijdig te verlaten; U kunt ook worden gehuisvest in een ommuurde achterstandswijk, dat is bijna even effectief.

Mocht U in alle hectiek helaas Uw baan verliezen omdat met het verdwijnen van het ontslagrecht en de oprotpremie Uw baas nu zijn kans schoon ziet U te ontslaan doet U er goed aan geen 50 jaar of ouder te zijn. Zo ja, overweeg de trein door er niet in, maar ervoor te stappen.
Dit als er uberhaupt nog een trein blijft rijden natuurlijk.

Het land wenst U het beste toe.

woensdag 26 mei 2010

Vals alarm


Met het oog op steeds langer wordende kinderen en het gebrek aan een comfortabele zit hebben wij jaren geleden een kleine duitser verruild tegen een grote zweed. Een hemels groot gevaarte op het eerste gezicht en aangezien mijn vrouw de vaste berijdster zou worden leek het me niet onverstandig haar door middel van wat elektronica te ondersteunen bij het inparkeren.

Op het internet had ik een leuke en betaalbare aanbieding gevonden van een parkeer hulp die door middel van ultrasoon geluid zou aangeven of een obstakel in de buurt van de bumper kwam.” Op het display kunt U de afstand aflezen terwijl U te horen krijgt hoe ver U nog kunt doorijden”

Dat leek me wel wat.

Als enkele dagen later inderdaad het pakketje wordt afgeleverd kan ik aan de gang om het geheel zo mooi mogelijk in de auto in te bouwen. Twee sensoren vonden een mooi plekje in een loos afdekkapje onder de achterlichten en de overige twee sensoren monteerde ik in de bumper. Alles leek perfect.
Met het kontakt aan en de pook in z’n achteruit floepte het display aan dat ik tactisch had gemonteerd tussen de leeslampjes en de achteruitkijk spiegel.

Ik stapte uit en liep behoedzaam naar de achterzijde van de auto. “Two meters” riep een opgewonden chinees dametje in zangerig engels.”One point 5 meters”. Het kwam als een verrassing, want ik had piepjes verwacht maar dit was veel leuker.
Met een afstand van nog geen halve meter kraaide het speakertje ” Stop Stop”. Verrukt over mijn aankoop liet ik mijn vrouw achter het stuur plaatsnemen en herhaalde de truuk door langzaam op de auto toe te lopen. Mijn vrouw reageert altijd wat minder enthousiast want ze kent mijn aankopen inmiddels wel.

“Probeer eerst nu eens, je zult zien hoe makkelijk het is” Veel hoop op een lang leven gaf ik het ding niet maar dat hield ik wijselijk voor me.

De sensor was een regelrechte hit bij iedereen die maar mee wilde in z’n achteruit. Mijn kinderen konden er geen genoeg van krijgen.”He pap, rij nog eens achteruit dat ie wat zegt”. “Ze” verbeterde ik hun dan, want ik zie zo voor me hoe een chinees dametje met rode koontjes van de inspanning de meters in haar beste engels probeert in te spreken.
Vooral met het woord “ meter” zal ze hebben geworsteld, zo vermoed ik.

Er bleek echter een maar aan mijn knutselproject te kleven. Met de achterbank niet eens vol met kinderen hing de volvo al gevaarlijk dicht op de weg waardoor we bij het achteruit wegrijden van de oprit steevast ons chineesje in paniek “ stop ,stop” hoorden roepen als we bij de knik naar openbare weg waren aangekomen.
In het begin trapte mijn vrouw dan steevast de rem in want ik had haar overtuigd van de accuraatheid waarmee de detector de afstand tot een onvermijdelijke botsing wist in te schatten maar voor deze situatie had ik enkel en alleen maar als oplossing de sensoren 5 centimeter hoger in de bumper te monteren en daar zag ik tegen op.

Mijn vrouw was echter snel gewend aan dit specifieke vals alarm en negeerde het stop roepen bij het verlaten van de oprit al vrij snel. Na enkele maanden en talloze keren vals alarm bij zware lasten besloot ik op een saaie zondag de twee sensoren in de bumper toch maar te verplaatsen om zo definitief van het valse alarm verlost te zijn. En dat hielp. Zelfs de diepe knik of zwaarst beladen auto kreeg ons chineesje niet meer in de stress .

Toen echter de volgende ochtend mijn vrouw opgewekt de volvo in sprong en langzaam in de achteruit de oprit af over de neergesmeten fiets van een schoolvriendje reed had dit keer het chineesje heel terecht “Stop! Stop!” geroepen.

Sindsdien geloven we haar blindelings

dinsdag 25 mei 2010

leuk commentaar


Toen na de geboorte van ons tweede kind we het eens waren dat het hierbij bleef zaten we al snel bij de uroloog voor een intake gesprek. Het bleek een ingreep van niks.
Met de folder in de hand voor handige tips voor en na keerden wij huiswaards.
Daags voor de ingreep moest het scheermes worden gehanteerd want om enge infecties te verkleinen mocht met de scapel alleen in kaal vel worden gesneden.

Dat is inmiddels 15 jaar geleden. Omdat het scheren mij een fris gevoel gaf bleef ik ook na de ingreep regelmatig het scheermes hanteren en liet geen beharing van betekenis meer toe. Met de aanschaf van een epilator werd het nog makkelijker bijhouden en al jaren volstaat het door een keer in de drie maanden het apparaat ter hand te nemen om de weinige begroeing die er nog plaats vindt met wortel en al te verwijderen. Het went echter nooit, zo'n epilator.

Dit alles is geboren uit een gewoonte waarbij ik mij niet van enige trends of modeverschijnselen bewust was. Dat ik eigenlijk altijd als enige met een geschoren schaamstreek onder de douche stond deerde me niet en ik kan me niet herinneren daar ooit iemand enig commentaar over heeft gegeven, al had ik dat wel verwacht.

Je moet altijd iets roepen over haar. Iets positiefs, leuk mag .
Niet zien dat je vrouw naar de kapper is geweest levert geen gezellige avond op, dat weet ik uit ervaring. Ik merk de kleine nuance niet vaak genoeg op maar soms kan de verandering je gewoonweg niet ontgaan.

Een toenmalige bevriende collega liep jarenlang rond met een haardos die bijeen werd gehouden door een elastiek. Mijn vrouw zou zoiets bij mij ook wel zien zitten. Toen na een lange zomervakantie we weer oog in oog stonden keek in tegen een practisch kaal geschoren hoofd. Als je dan je mond kunt houden betekent dat een belediging. Maar meer dan " Goh, je haar is d’r af" wist ik even niet uit te brengen
Ik geef toe dat deze kreet niet als nieuw en nog onopgemerkt feit door hem werd ontvangen.

Wat ik ook niet kon laten om op te merken wat het moment dat een collega plotseling zijn grijze haar begon te verven onder aandrang van zijn 20 jaar jongere vriendin, no doubt.Een ouwe kop met ravenzwart haar , zoals die Berlusconi van Italie.
Het stond hem niet maar hijzelf was er klaarblijkelijk gelukkig mee. Ik was de eerste die het had opgemerkt, althans er iets over had gezegd. "Echt jaren jonger hoor" ik hoorde me het zelf zeggen.
Nu was hij veroordeeld om de twee weken zijn uitdunnende haar te verven want anders is het geen gezicht. En als het uit gaat?

Mocht ik ooit commentaar ontvangen over mijn haarloos onderlichaam dan zal ik het zeker opschrijven en wellicht zelfs met U delen.

Wie weet komt men met iets leuks.

zondag 23 mei 2010

Inwoning


Op de tafel liggen twee muizenvallen. Een stille hint.
De muizenkolonie die rondom het huis zijn domicilie heeft gevestigd breidt zich steeds verder uit.Ik ken geen humane manier om muizen te laten verdwijnen maar met gif strooien vind ik niks en aan het in huis halen van een paar katten zitten nog veel meer nadelen.


In frankrijk verschaffen we onderdak aan een familie relmuis. Al zolang we er wonen houden deze diertjes huis in ons huis.We hebben ze nooit in de beneden vertrekken waargenomen. Ze hebben hun intrek genomen in een ruimte tussen de zoldervloer en het plafond van de slaapkamer waar wij liggen. Wat ze daar doen moet van groot belang zijn voor hun muizen bestaan maar wij hebben geen idee. Wel dat ze op gezette tijden van de ene kant naar de andere kant trippelen en onderweg her en der aan de constructie van het plafond knagen.

Bij elk bezoek aan de slaapkamer zie ik de scheuren in de gipsplaten groeien. Als je goed kijkt zie je hoe de platen steeds meer door hun gewicht doorzakken. In kwaaie dromen aanschouw ik hoe de muizen kolonie langzaam maar zeker de tengels van het plafond hebben doorgeknaagd tot het moment dat de gipsplaat met een klap op onze slaperige hoofden belandt.

Een onplezierig einde.

Toen we voor het eerst de herrie gewaar werden en deze bevinding voor legde aan een franse vrind glimlachte hij meewarig en schudde zijn hoofd. “ Dat zijn relmuizen en die krijg je nooit te pakken”. Nog los van de vraag of we die wens hadden, waren wij nog blijven steken bij de naam van het beestje, want van relmuizen hadden wij nog niet gehoord.
Eenmaal weer thuis sloegen wij de boeken er op na. De relmuis of zevenslaper bleek een muis te zijn uit de familie van de slaapmuizen. En hield een winterslaap van wel 7 maanden (de naam!) wat meteen verklaarde waarom wij dachten dat onze pogingen de muis te hebben verjaagd waren geslaagd , terwijl het dier gewoon lag te slapen en al onze pogingen niet eens heeft bemerkt.

Wij vonden het een mooi beestje en besloten de familie maar te laten zitten.
Zo af en toe , meestal s’morgens heel vroeg hoor je het getrippel nog wel eens.
Maar ach. Wij voelen ons hier gast in huis.En als we er niet zijn, weten we, dan neemt moeder natuur gewoon weer intrek in en om het huis.

En dat mag van ons.

zaterdag 22 mei 2010

Zonne stroom


“Pap, iedereen is weg zo meteen, wat ga jij doen”? De vraag kwam van dochterlief.


Ik heb geen idee.

Er liggen wat onaantrekkelijke klussen te wachten waar ik eindelijk eens aan zou moeten beginnen maar ik mis elke vorm van inspiratie. De zonnepanelen die al 12 jaar op het dak liggen doen het al jaren niet meer naar behoren. Althans, dat vermoed ik want de leverancier had ons een brief gestuurd ivm met klachten dat de elektronica vaak kapot kon zijn zonder dat je zoiets weet en bood nu tegen gereduceerd tarief nieuwe elektronica aan van betere kwaliteit.

Mijn vrouw, die de panelen destijds had laten komen ,vond dat we op het aanbod in moesten gaan..Voor het millieu. “Maar hoe zien we nu dat die dingen werken?” vroeg ik nog maar eens voorzichtig want deze vraag heeft in het verleden de sfeer in huis geen goed gedaan. Er zitten op de nieuwe kastjes twee lampjes. Groen dat ie het doet, en rood als ie kapot is, zo lees ik later als de peperdure dingen in een grote doos met veel extra kabel en een handleiding aan huis waren bezorgd. Ik ben meer benieuwd waar die opgewekte stroom toe dient. Toen vele jaren geleden wij plotsklaps ongevraagd een nieuwe stroommeter kregen geinstalleerd ben ik gaan twijfelen of onze eigen stroom nog wel werd opgemerkt. De oude meter met draaischijf kon je namelijk zien terugdraaien op zonnige dagen, als we alle gebruikers in huis hadden stilgelegd.

Het kostte een uur lang telefoneren met het energiebedrijf om uit te vinden of de nieuwe meter daadwerkelijk onze stroom zou opmerken en verwerken in de meterstand.
De meter bleek van een onvindbaar type te zijn. Pas na heel lang zoeken vertelde de dame van de stroom dat we een van de achttien (!) meters hebben die eens in onze provincie zijn uitgedeeld als onderdeel van een test. “U zou allang een nieuwe meter moeten hebben” Het klonk als een verwijt .
“Maar ziet de meter ook onze eigen opgewekte stroom? “ vroegen we beleefd.
We zagen deze meter nooit terugdraaien dus we hadden onze twijfels.

Hoewel de dame ons telefonisch wist te beweren dat de meter elke kilowatt zonnestroom kon detecteren bleven we sceptisch. Was het niet beter dat we nu een nieuwe meter zouden krijgen? Ze beloofde een aantekening te maken en spoedig zouden we een monteur met een nieuw exemplaar tegemoet kunnen zien. “Met terugloop voor zonnestroom”

Dat was vier jaar geleden.

Een week na de omvormers waren aangekomen stond opnieuw de pakket dienst aan de deur.Met een identieke doos in zijn handen. Gratis omvormers van het oude model.
Maar wat moet ik daarmee?

Ik had liever een nieuwe meter gehad.

vrijdag 21 mei 2010

Tank leed


Op de dagteller staat ruim 380 km en het lampje van de gasmeter staat al een poosje rood. Signalen dat ik nu snel de gastank moet zien te vullen. Hoewel ik voor honderden kilometers in de benzinetank heb zitten vind ik het doodzonde om er op te rijden.Je blijft nederlander, ook in frankrijk.
Ik kan de weg dromen . Nog 18 kilometer en we staan bij de enige pomp in de buurt die GPL verkoopt. Fransen geloven niet in deze brandstof dus de omzet moet komen van de vele nederlanders in de vakantietijd. Als ik de tankplaats op rij zie ik al problemen. Een zwarte hoes hangt over de aansluiting heen. Panne.
Ik stap nog uit maar tegen beter weten in. De cassiere roept vanachter glas “no,il est cassé” versta ik. Nu wacht ze op de depanneur.

Ik vloek in in stilte. In het frans. Met een lege tank en een teleurstelling rij ik verder. Waar vind ik een ander benzine station met lpg hier?. Mijn routekastje weet het ook niet zeker.
Voor het vertrek had ik nog wel een nieuwe adresje ingetikt maar dat had ik gedaan zonder al te veel overtuiging en exacte gegevens zoals naam of instantie. Toch maar proberen.
Zo rijden we al een kwartier door de stad, in een gebied waar we volkomen vreemd zijn.
Als we ons einddoel naderen bevinden we ons op een nieuw stuk snelweg, zonder enig zicht op bebouwing. Ergens nog rechtsaf, lees ik op het schermpje. Een evenzo kale rotonde doet ons 180 graden draaien en uitkomen op een klein onoogelijk weggetje dat ons terug een buitenwijk van de stad in voert.

Bestemming bereikt, kraait triomfantelijk het kastje. We staan stil en kijken om ons heen.
Een grote kuil links van ons en een afgebrand tuincentrum rechts. Geen tankstation te zien.
Vertwijfelt rij ik verder. Het kastje raakt er door in de war.Een kilometer verder zien we een groot parkeerterrein opdoemen. Mega marche, roept een bord juichend. We kijken onze ogen uit en hoop gloort als we een tankstation ontwaren. Het kastje zwijgt inmiddels
Ik speur naar de herkenning van alle LPG installaties, de onmiskenbare gastank die pontificaal in de buurt moet staan opgesteld maar ik zie niets.
Wel een bord. Een aankondiging van de leverancier van brandstoffen die in het voorjaar van 2011 GPL belooft. Opnieuw sis ik een stout frans woord. Gek dat die zo goed blijven hangen terwijl ik nog altijd worstel met de juiste vervoegingen van menig frans werkwoord .

De tank is nu meer dan leeg dus schakel ik om op benzine en rij de resterende honderd en vijftig kilometer met kwaaie zin naar huis.

Het zijn deze momenten dat ik mezelf een diesel toe wens.

donderdag 20 mei 2010

Maken.


“Ga maar naar papa, die maakt het wel”
Sommige verwachtingen schept een verplichting. Mijn reputatie alles te kunnen repareren wordt wekelijks op de proef gesteld. Ik heb inmiddels wel zoveel krediet opgebouwd dat het me vergeven wordt als een reparatie maar van korte duur blijkt te zijn of gewoon niet lukt. Vandaag lukt het om een aantal afgebroken tanden terug op een tandwiel te plakken en het gekregen cassettedeck weer aan de praat te krijgen. Zoonlief heeft een grote verzameling tdk bandjes van zijn ouders ontdekt en geniet graag van onze nostalgie.

Ik zie niet goed meer wat ik doe.Met heel veel licht op de werkplek en de bril van de neus zijn de onoogelijk afgebroken kleine deeltjes nauwelijks zichtbaar, laat staan hanteerbaar.
Ik zou al jaren terug aan de leesbril moeten zijn maar ik ben eigenwijs en doe nog zonder.
Toch vind ik de tanden terug, dankzij het plakkerige siliconenvet dat ooit het geheel heeft moeten smeren en nu de stukjes her en der bijeen heeft gehouden.Als ik de laatste schroef weer heb teruggedraaid en op de play toets druk draait het deck weer. Pappa kan alles.
Minuten later hoor ik oude muziekanten uit zijn kamer spetteren.Onwijs mooie muziek, vindt hij.
Ook onze oude rock en roll platen plus onze prima platenspeler zijn al door hem ingelijft.

Ach ja.

Toen onze vader na lang aandringen eindelijk eens zijn mono buizenverstreker inruilde voor een state of the art radiocassette player met stereo versterking van het japanse Sharp werden we er stil van. De oude platenspeler die eerder nog als prima werd versleten viel nu zuur door de mand.
Evenzo ook de platencollectie van vader, die door het jarenlang afspelen met een botte naald werkelijk niet meer om aan te horen waren.. Het duurde dan ook niet lang of de ongebruikte Sharp verdween uit de huiskamer en eindigde bij mijn broer op de zolderkamer. Die nam er al zijn platen mee op plus die welke hij van vrinden wist te lenen.
Het cassettedeck was versleten toen jaren later hij op kamers ging en ik het ding op mijn kamer kreeg.
De bandjes bleken door de Sharp te worden opgegeten in plaats van afgespeeld dus werd de kast open gemaakt om het waarom te achterhalen en het probleem te fixen.

Zo is het begonnen.

Ik gun onze apparaten een langer leven.En het beperkt zich niet tot dat alleen. Het is een sport geworden om met alles langer te kunnen doen.

woensdag 19 mei 2010

remmen


In de straat van kennissen die in een naburig dorp al 33 jaar een piepklein frans onderkomen bezitten liggen sinds het voorjaar serieuze drempels. Dertig, maant een verkeersbord; dat lijkt me nog hard zat want de drempels zijn hoog genoeg en met een rupsvoertuig nog niet met 15 km per uur te nemen zonder kans op letsel voor de bestuurder.

Wij vroegen ons af waarom de drempels waren aangelegd want de straat straalt niet het verkeersbeeld uit van een overbelaste ontsluitingsweg in een nieuwbouw wijk. ’T Is hoog geschat als hier een auto per uur passeert.
Nu is de franse automobilist van nature een ongeleid projectiel. Ze bezitten zonder uitzondering de drang om elkaar in onoverzichtelijke bochten in te halen en weten op B wegen snelheden te bereiken die niet zouden misstaan op een duitse autobahn. Het wekt ook geen verwondering dat de stationaire fransman hier tegen in het harnas komt en maatregelen eist die de maniakken moeten afremmen.

De straat is populair bij de bekende weggebruikers. Het snijdt een stuk scherpe bocht van de doorgaande weg af zodat dit weggetje het toelaat de vaart er in te houden , met als klapstuk het kamikaze stuk waar de route weer aansluit op de doorgaande weg.
De echte gangmakers, met vier wielen in de lucht, springen hier de rijbaan weer op zonder te kijken of er nog wat aan komt.

Het provinciale bestuur had een jaar geleden dankzij een flinke subsidie uit brussel gezorgd dat de gevaarlijkste bochten in de wegen konden worden voorzien van glimmende vangrailen.
De hardrijders kunnen zo nog harder sommige bochten nemen, waar ze eerder nog de bocht uit vlogen en vaak dan treurig tegen bomen aan tot stilstand kwamen. Die staan hier genoeg.
De aanleg van snelheidsbeperkende drempels leek de provincie derhalve wat tegenstrijdig maar de burgemeester had heel lang aangedrongen en nu liggen de bulten er in volle glorie bij. Twee stuks.

“Helpen ze?” vroegen we nieuwschierig. Voor ons bleken ze wel te nemen.
De bewoner van het huis knikte bevestigend. De snelheidsduivels hadden na de eerste aanvaring met de drempels gemerkt dat hun bolides niet sneller dan met hooguit twintig over de bulten wisten te geraken zonder een ernstige aanslag op schokbrekers stuurinrichting en nekwervels.
Dat ontnam ze al snel de lol om de bocht nog langer te omzeilen.

Na een week was het rustig in de straat. Hoe lang de drempels blijven liggen is nog de vraag maar voorlopig liggen de rood witte blokken die nogal afgrijselijk afsteken tegen de huizen en tuinen, stevig verankerd in het asfalt.

Toch wel jammer dat het zo moet.

dinsdag 18 mei 2010

Kalender meisjes


Je bent een overgroot oma van negenentachtig, je wilt nog eenmaal in je leven iets geks doen dus besluit je om te poseren voor een naakt kalender.
Dat haalt de krant wel, ja.
Meer informatie weet het artikel niet te onthullen over deze grootmoeder maar de fotoshoot heeft inmiddels plaatsgevonden zodat de kalender over niet al te lange tijd te bestellen valt.
Het goede doel dat de opbrengt van de verkoop mag opstrijken zal er niet rijk van worden ,verwacht ik.

Naakt op een kalender staan was al tijden geleden razend populair en is al lang niet meer voorbehouden aan wulpse modellen die zichzelf als goed doel hebben benoemd en er makkelijk de zakken mee weten te vullen. Nee, de naaktkalender heeft haar weg gevonden naar iedereen, zo lijkt het. Laatst nog kon je een exemplaar kopen waarop mooie maar incomplete dames stonden afgebeeld. Her en der miste een been, arm of ander deel van een ledemaat maar er bleef desondanks genoeg mooi bloot over om er elke maand mee te opfleuren.
Ook stoere mannen blijken de weg naar de fotoshoot te hebben gevonden. Leuk voor de dames, denk ik. Blote bouwvakkers en brandweerlieden.

Waar hang je ‘m op? Als je vroeger een garage bezocht kon je de poezenkalender haast niet ontlopen.Met een bakje automatenkoffie stond je oog in oog met bloot dat met een likje zwarte smeer en opengeknoopte overalls je in de vroeg uren al een ongewilde erectie deed laten opkomen. Tegenwoordig hangen ze niet meer in beeld voor de argeloze bezoekers. Dat mag niet vanwege de CAO of vrouwoneerbaarheid van het geheel. Wel ligt de nieuwe revu ter inzage.
Thuis hebben we een kalender van de vrijwillige brandweer van ons franse dorpje waaronder we vallen in tijd van brand en ongedierte. Aangekleed.

Toen jaren geleden onze sportklup financieel werd getroffen door de afschaffing van gemeentelijke subsidies opperde de penninmeester dat het misschien leuk was als het dames team zich in schaarse kleding zou laten fotograferen. Dit in navolging van een duits damesvoetbalteam dat met blote borsten in de plaatselijke krant een oproep voor sponsoren had gemaakt , met opmerkelijk positief financieel resultaat .
Onze dames liepen niet warm voor het idee. Waarom jullie niet, riepen ze naar de mannen.

Het maken van je eigen blote fotokalender is trouwens een fluitje van een cent. Alleen niet meer opmerkelijk genoeg om de pers er mee te halen. Dan moet je van af nu minstens negentig jaar oud zijn.

Zie dat maar eens te halen.

maandag 17 mei 2010

Goede voornemens



Het valt niet mee om deze ochtend op gang te komen. De wekker heeft ons met een kille piep al ver voor zevenen laten weten dat we moeten opstaan maar ik lag al wakker. Ik kan met steeds minder slaap toe zo lijkt het wel. Lijkt inderdaad, want ik reken de dut na het eten niet mee. Toch kom ik alles bijeen opgeteld gemiddeld niet boven de 6 en een half uur slaap uit. Daarna is de behoefte aan nachtrust over en verkeer ik in een half sluimerende conditie waarin moeilijk is vast te stellen of ik nog droom of al bezig men met het doornemen van de dag die nog moet beginnen.

Ik hoor regen. De carport met haar kunststof bekleding versterkt het gekletter van de druppels. Het beneemt me meteen de zin om uit bed te stappen maar mijn ega is dapper en al beneden. Zelf had ik deze dag best nog thuis willen doorbrengen. Met regen op het zolder raam aan mijn franse huiswerk zitten. Ik zal nog hard moeten blokken want er lopen in frankrijk mensen rond met hoge verwachtingen van mijn studieresultaten.

Een goede franse vriend van ons helpt mij met het leren van zijn taal. Als onze vakanties samenvallen zitten we dagelijks een uur met elkaar frans te converseren. Dat wil zeggen, hij luistert met engelen geduld naar mijn moeizaam geformuleerde zinnen. We lachen wat af, zo op de vroege morgen.
Zijn computer is een onmisbare hulp in het geheel. Hij weet telkens leuke interactieve taalmodules te ontwikkelen zodat ik ook zonder zijn lijfelijke aanwezigheid mijn franse taalgevoel verder kan aanscherpen. In theorie dan.
Want ik ben een luie student en de computer die op zolder woont en mijn franse lessen ten gehore kan brengen staat niet vaak aan.

De regen tikt nog iets harder als daarnet. Als ik nu gewoon deze dag vrij neem en aan de franse lessen begin? Ik studeer juist zo lekker met grijs weer en regen op het dak.
Ik weet diep van binnen dat ik mezelf voor de mal hou. Ik zal misschien de zolderkamer nog wel betreden maar de kans dat ik daadwerkelijk de computer frans laat spreken acht ik niet zo groot. Ik mis een goeie stok achter de deur en de dreiging dat ik straks weer in een franse conversatie hopeloos het spoor bijster ga raken. Met of zonder les.

Als ik vanavond skype met mijn franse vrind dan gaat dat in het engels. Zijn vrouw komt uit engeland. Spreekt trouwens ook vloeiend frans maar dat terzijde.
Ik sta maar op. De dag wacht en het werk ook.
Onder het scheren neem ik me voor vanaf nu tot aan de zomervakantie elke dag een uur frans te doen. En ik moet nu eindelijk die afspraak met de tandarts eens maken.
Ook even de garage bellen want de auto moet een beurt.

Als ik nu eens een lijst maak?

zondag 16 mei 2010

Geheim


Bloot zijn we allemaal gelijk. Je kunt je dat afvragen. Het is zo’n opmerking die in het rijtje van “alle auto’s hebben vier wielen en een stuur” geplaatst kan worden. In essentie dus allemaal gelijk maar je ziet wel degelijk het verschil tussen een fiat panda en een lamborgini. Het zit hem dus in het woord gelijk. Wat wordt daar mee aangeduid.

Dat we zonder kleren aan geen enkele status meer in stand houden? Dat zou kunnen natuurlijk, want het gezegde dat kleren de vrouw dan wel de man maken heeft ontegenzeggelijk relevantie. Zelfs bloot zijn we niet gelijk. We mogen dan dezelfde kenmerken met ons meedragen maar ook onder de bloterikken vind je de fiat panda’s en de lamborgini’s.

Bloot wend. Ook zo’n bewering waarbij je moet nadenken of dat eigenlijk wel zo vanzelfsprekend is. In ieder geval is bloot in onze maatschappij niet ongewoon meer. Dat is wat anders dan geaccepteerd want daar is nog heel wat om te doen. Helemaal bloot wordt nooit gewoon.Het zit hem in het woord helemaal.
Zelfs ver afgelegen stammen in de donkere oerbossen die door opdringerige cameraploegen uit hun anonieme bestaan worden gerukt blijken niet onverdeeld bloot rond te lopen.
Sommige bewoners houden hun piemel en venusheuvel achter schaamlapjes verborgen.

Waarom de een wel en de ander niet tot verbergen van deze kenmerken zijn overgegaan is een vraag die best nog eens mag worden beantwoord door de wetenschap.


Hoe gaat de moderne mens om met zijn blootheid?
Gekeken naar de persoonlijke avatars die de talloze bloterikken hyves en fora op het almachtige internet heeft voortgebracht leert ons dat de blootloper vaak liever hun gezicht dan hun private delen voor de kijker verborgen houden. Het bloot blijkt dan toch plotseling niet zo gewoon te zijn dat de persoon zijn gezicht erbij wil plaatsen.Maar het is discutabel dat een afgebeelde blote piemel of een paar borsten als herkenning kunnen dienen, mocht je ooit de persoon in kwestie tijdens een naakt gelegenheid tegen komen.

Hoe herkenbaar wil de blote mens zijn?
De NFN moet gedacht hebben door het uitbrengen van een sticker massaal de bloot recreant uit de kast te zien komen maar na intensief speuren heb ik nog geen enkele sticker in het openbare leven kunnen ontdekken.

Blootloperij is kennelijk toch niet zo gewoon dat je er mee te koop wil lopen.

vrijdag 14 mei 2010

Talent


Hoewel ik tal van instrumenten in huis heb bespeel ik geen enkele met enig talent. Toch zou ik niet zonder kunnen. Gewoon, omdat het heerlijk is om je gevoel af en toe in muziek maken te steken. Mee jammen met de bas op het onweerstaanbaar rithme van Oscar Peterson of met de Es klarinet een stuk uit een opera van Verdi mee te blazen.
Dat is, als ik lucht genoeg had. De klarinet is van het type waarbij de longinhoud bepalend is voor het voortbrengen van acceptabel geluid.

Op zolder staan nog twee saxofonen en een viool zodat ik met even tellen uitkom op 6 stuks. De piano is favoriet maar ook de contrabas is heerlijk omdat je daar zo lekker mee kan brommen wanneer je even in de huiskamer deel mag uitmaken van het ensemble wat je voor de gelegenheid heb opgezet. De enige van de rest van de familie die af en toe een noot voortbrengt is onze dochter. Niet alleen op de piano maar ze zingt ook nog eens bij.

Graag had ik het talent gehad van mijn zaliger Oom Harry. Die bespeelde een prachtige oude vleugel met veel gevoel en passie. Als ik de kans kreeg kroop ik wel eens achter de vleugel en gaf mijn impressie van een tweetal Bach composities ten gehore die mijn Oom met bewonderingswaardige moed wist te verduren.
Daarna sprak hij mij steevast de bemoedigende woorden “ jij zou eens les moeten nemen” toe.

Maar ik had les gehad.

Van een pafferige oude man die we meneer van de Bijl moesten noemen en tussen de middag als wij van de lagere school naar huis waren gehold al naast de kruk van de piano zat om onze vorderingen te toetsen. Ik was altijd als laatste aan de beurt. Veel liever voetbalde ik op het schoolplein tot dat de bel luidde en de les weer begon.
Mijn pianospel moet vaak erg bijzonder geklonken hebben want niet zelden genoot meneer van de Bijl met zijn ogen dicht en schrok hij pas op als hij werd gevraagd voor een vers kopje thee.

Heel soms speelde hij zelf een stukje voor en mopperde dan dat de piano nodig moest worden gestemd waarop prompt de week daarop onze moeder de piano stemmer liet komen.
Het enige leuke aan de pianoles van Meneer van de Bijl was dat het altijd werd afgesloten met een ritje achter op de brommer naar school, waar hij vlak bij woonde. Anders kwam ik te laat.

Ineens kwam Meneer van de Bijl niet meer aan huis. Of hij dood was of dat wij klaar waren met leren spelen, ik denk het eerste.
Nog even heb ik les gekregen van een jonge student van de muziek academie, die Spook heette en mij een aantal waanzinnige jazz akkoorden leerde, waar ik nog steeds op teer.Maar helaas, de les van Spook was van korte duur, iets met familieomstandigheden zo begreep ik later.

Toen ik op mezelf ging wonen kocht ik als eerste meubelstuk een oude piano.
Want oude liefde blijft

onheuse bestemmingen



Omdat het zo koud is in huis verlang ik naar een houtvuurtje om de kilte uit het huis te verdrijven maar ik heb hier geen hout. Niet dat ik er niet aan zou kunnen komen, maar de plek waar het hout hoort te liggen is al jaren bezet door een reusachtig konijnen hotel wat ooit met enthousiasme door Opa in elkaar is getimmerd en onderkomen zou bieden aan vier konijnen.

Zo gaat dat soms.

Al heel veel jaren geleden overkwam het eens een fiets stalling in de gemeente Neerijnen welke bijna 3 jaar lang onderdak bood aan de destijds beroemde poppenspeler Jozef van den Berg die door een goddelijke ingeving wist dat hij precies daar moet gaan zitten mediteren in zijn eentje.Zo werd de fiets stalling een piepklein onderkomen en moesten de ambtenaren jaren lang hun transportmiddelen elders parkeren, tot groot ongenoegen van de gemeente overigens.

Niet door een goddelijk ingeving maar door chronisch ruimtegebrek vond het konijnen hotel asiel onder het afdak van mijn brandhout, welke grenst tegen ons raam van de zitkamer zodat wij een gezellig inkijkje hebben in de vertrekken van de konijnen. Het bouwwerk begint echter kwalijke tekenen van verval te vertonen. Inmiddels past geen enkele luik meer in haar sponning en leunt het geval aan een zijde vervaarlijk achterover.

De vraag rijst of de konijnen hun onderkomen gaan overleven en ik genoodzaakt ben een nieuw hotel te timmeren voor de bejaarde knagers. In mensenjaren omgerekend is het oudste konijn inmiddels ruim tachtig maar immer nog springlevend. Het dier heeft karakter, iets wat je bij huiskonijnen niet snel zult opmerken want meestal gaan ze zonder een opvallend leven verscholen in een veel te klein donker hok nogal triest dood.

Hoe zou het met Jozef gaan, vraag ik me af. Ik bewaar goede herinneringen aan zijn optredens en koester nog altijd een aantal opgenomen voorstellingen die heel veel jaren terug zijn opgenomen voor Tv. Een ademloos mooie verteller die met zijn poppen de wereld overtrok. Vader van vier kinderen en vrouw die, nadat hij als kluizenaar zijn intrek in de fietsenstalling had genomen, hem nog dikwijls daar hebben opgezocht.
Dat onderkomen in de fiets stalling van het gemeentehuis is al jaren geleden verruild voor een plek in een klein tuinhuisje wat werd aangeboden door iemand met een grote tuin.

Nu staan er weer fietsen

Ik kijk naar de konijnen. Kleine muizen houden hun gezelschap en gebruiken de tralies als handige ladder. Ze worden gedoogd, zowel door de konijnen als door ons. Het hotel blijft staan tot de laatste knager komt te overlijden. Dan zal het worden afgebroken want aan een nieuw mopje konijn begint mijn dochter niet meer.Dat zal wennen worden want een stapel brandhout bekijken verveelt al snel.

Morgen het hotel opknappen. En ik ga Jozef opzoeken.

dinsdag 11 mei 2010

Pas op met bruin worden


Het is logisch dat naturisten er gebruind uitzien. Doorgaans vertoon de naturist zich met enig redelijk weer kleerloos en wordt zijn vel belicht door de bruinende UV stralen. Je kunt je daarbij afvragen of dat goed is voor het vel maar dat terzijde, bruin worden voor een naturist is haast onvermijdelijk.

Nu loopt er in ons land een vrouw met een politieke beweging rond die heeft geroepen dat de bruinste mensen van onze samenleving klaplopers zijn; zij zouden van een uitkering leven en de hele dag op hun gat in de zon zo bruinbakken dat het niet ander kan dan dat ze op kosten van de samenleving in de zon luieren en vertikken om te werken voor een inkomen.

Is deze aantijging een gevaar voor het spontane blootlopen in nederland?

Enfin. Er worden in politiek nederland wel meer dingen gezegd en gedaan waarover je de wenkbrouwen kunt optrekken. Je hoeft de krant of het nieuws maar even te volgen en je waant je in een soap die ,als het niet bloedserieus ernstig was, je tot onbedaarlijke lachbuien zou doen laten uitbarsten. Helaas zijn het geen grappen.
En nog erger, er zijn werkelijk mensen die zulke uitlatingen voor waar aannemen. Schaars geklede vrouwen laten aardbevingen ontstaan. Ik noem er nog maar eentje, maar deze is niet van Rita. De wereld is normaal, alleen de mensen die er oplopen niet. Daar gaat Rita wat aan doen.

Maar wat is normaal? In vroegere jaren tachtig was ik als vrijwilliger actief in de nazorg van psychiatrische ex-patienten. Een onbegrepen groep die het best moeilijk heeft om te herintegreren in de maatschappij. Daar is alles bij voor te stellen .
Zij hadden een prachtige leus die ik even wil aanhalen.

Ooit een normaal mens ontmoet?
En..., beviel het?

Tepels niet gewenst.


Ipad bezitters , ik heb met U te doen. In plaats van een lekker boek in je handen met de kenmerken van een gelezen exemplaar zoals ezelsoren , koffievlekken en loskomende kaft mag U het doen met een koud stuk plastic dat gevoed door batterijen een evenzo nog kouder ogend beeldscherm het leesvoer aan Uw ogen blootstelt. Geen uitpuilende en gezellig warm aandoende boekenkasten meer maar inplaats daarvan een miniscuul rekje SD kaartjes met de digitale versies van de schrijvende mens. Althans, dat hoopt U..

De Ipad readers moeten het nu al doen zonder afbeeldingen van ontblote tepels of anders door amerikanen met porno in verband gebrachte menselijke onderdeeltjes in de vooraankondigingen en editorials.
We schrijven het jaar 2010.
Net nu europa het aarzelend eens begint te worden over het verbod om de moslim vrouw nog langer als een lampekap door ons straatbeeld te laten lopen komt de moraalridder onder de computer gadgets met de mededeling dat bloot prohibit is voor advertisement.

Tja, daar heb ik het niet op.

Ik zal er niet onder lijden want ik koop nooit een Ipad. Mijn technische innovatie is al jaren geleden blijven steken bij mobiele telefoon die al zo oud is dat mensen om me heen me meewarig staan aan te gapen als ze 'm zien.
Je moet met je telefoon tegenwoordig toch als snel op internet zitten, foto’s kunnen maken, routes kunnen vinden, je agenda bijhouden en ach ja, ook nog kunnen bellen en sm essen. Ongecensureerd mag ik hopen, want ik kan zelf heel goed bloot van porno onderscheiden ,dank u.

Nog even en de Ipad dictatuur zal zelf gaan uitmaken welke proza de lezer kan downloaden en wat zal worden geweigerd. Een taalmodule zal analyseren of er hete passages in voorkomen en uiteraard worden foto’s wantrouwend gescanned op enig naakt.

Jan Wolkers draait zich om in z’n graf.Nog een reden om tot mijn eeuwigheid vast te houden aan die heerlijke gevulde boekenkasten en de knisperende krant.
En voor iedereen die nog een Ipad denkt te moeten kopen ,

weet waar ge aan begint.

maandag 10 mei 2010

Image makers



Ik word bij het tankstation vaak geholpen door een meisje dat punk is.
Ze zal inmiddels al tegen de twintig zijn en volgt een kappers school in de avond. Haar ravenzwarte haar is een studie object op zich. Het laat zich maar moeizaam bijeenhouden door de felgekleurde haardband die onafscheidelijk aan haar verbonden lijkt , net als de zwarte overall.

Outfits blijven soms aan mensen plakken als vliegen aan strooppapier. Bij de aanstelling van Ronald Plassterk als minister van onderwijs kwam de hoed weer terug in het straatbeeld.Hij droeg 'm al jaren met elan en bij zijn aantreden gaf hij zijn hoed dragen natuurlijk niet op.
Zoiets is leuk want een accessoire als een hoed is al sinds jaar en dag uit ons straatbeeld verdwenen.Nu kijkt elke puberende tiener je aan met een vuil honkbal petje op of nog erger, van onder een diep over het hoofd getrokken capuchon met zonnebril op.
Komt dit door de toenemende video surveillance op straat en in winkels?

Vandaag is het tanken zonder de lady in punk .Schoolvakantie denk ik.Schooltijd is een periode in het leven waar je gaat werken aan je image. Met kleren vooral.
In mijn schooljaren was de gang naar de tweedehands klerenwinkels op het waterlooplein een maandelijks gebeuren. Je kon daar vol een paar gulden al leuke dingen scoren en soms waren de outfits zo cool dat je geen tijd nam om ze door de stomerij te sturen maar meteen de boel ter plekke aantrok.Het leven zou nu meteen met 220 km per uur vooruit snellen.

Mijn rib corduroy jasjes waren eerder gekozen uit practische overwegingen dan een brandend verlangen om een mode trend te starten. Ik geloof tenminste niet dat mijn outfit ooit in de mode is geweest op school maar ze boden prachtige opbergmogelijkheden voor rekenlineaal,pijp,sleutelbos,pen en later de vrij omvangrijke en toen nog dure rekenmachine.

Ik ben nog steeds gek op veel zakken in mijn kleren.

De pijp was overigens een andere image maker waarmee een enkel klasgenoot mee gespot konden worden. Met clan tabak uit zo’n geruite plastik pakje, dat de geur van zoete caramel met zich mee droeg..
Ook het dragen van een franse alpino deed het destijds goed, dit dankzij het dragen van dit hoofddeksel door Kees van Kooten die als mede directeur van het Simplistisch Verbond destijds met zo'n ding op door het leven ging. Hou het simpel en slaag met vlag en wimpel. De schoolvriend die ik al lang uit het oog ben verloren maar in die tijd de humor van de liedjes van Joop Vischer( toen nog met ch!)al begreep, was een simplistische volger van het eerste uur.
Hij had het geschikte hoofd voor het dragen van een alpino.
Ik niet.

Niet lang na mijn schooltijd zijn mijn corduroy colberts in ongerede geraakt. Niet omdat ik ze niet meer praktisch vond maar meer omdat ze door lekkende pennen en gescheurde naden niet toonbaar meer waren.Ik was er ook uitgegroeid.
Pas toen ik jaren later weer eens op het waterlooplein terecht kwam en me liet verbazen door de commerciele bedoeling die het was geworden begreep ik dat ik hier ook nooit geen corduroy jasjes meer zou vinden.

Thuis draag ik alleen nog een jogging broek, T shirt en eventueel een bodywarmer.

Met veel zakken uiteraard.

Geen nieuws


Een week zonder nieuws. In nederland maken ze er programma’s mee lees ik in de Tvgids. Sluit een week lang een stel bnner’s op zonder toegang tot een vorm van media en stel ze aan het week vragen over nieuws dat wel of niet waar is.
Dit overkomt ons telkens wanneer we in frankrijk bivakkeren.Heel af en toe de radio of een steelse blik in de lokale krant maar daar blijft het wel bij.

Ik kan het U aanbevelen.

De beurzen bleken niet bestand tegen de slecht nieuws berichten over de euro en het failliet van griekenland en waren weer flink onderuit gegaan. Mooi niet meegemaakt want ik zou er maar wakker van hebben gelegen denk ik toch. Ik zap de tv zenders rond en val in het programma van de onwetende bnn-ers. Ik ken er geen enkele van. Het item dat werd voorgelegd ging over Wallonie die naturisten wil aantrekken in speciaal voor hun gefabriceerde dorpen. Niet waar, riep de kandidaat, maar het bleek wel zo te zijn.

Zoiets kietelt mijn nieuwschierigheid. Met een zoekopdrachtje vond ik inderdaad het betreffende artikeltje in een belgisch nieuwsblad.
De blote belg kan nauwelijks in eigen land terrecht, zo luidde de noodklok. Dus voor 2014 moeten er tenminste 5 nieuwe lokaties komen waar de kleren uit mogen blijven.
Dat duurt toch nog even dan . Tot zo lang staat de blote belg mooi op de tocht op een verlaten strandje aan de belgisch kust.

Bloot in Belgie is heel prive. Een gemeenschappelijke sauna waar je bloot in mag rondlopen bestaat er niet. Daarvoor moet je in een prive sauna wezen, die dan ook in grote getalen in het vlaamse deel zijn opgericht. Het is dan maar de vraag of hele bloot dorpen waar de minister van droomt ook bevolkt gaan worden door de blote belg.
De kans is groter dat de blote nederlander zijn kans waarneemt om zich in zo’n dorp te vestigen. In Wallonie. Das behoorlijk buitenlands toch al.


En dan lekker genieten zonder krant of TV.
Heel goed voor je nachttrust.

vrijdag 7 mei 2010

Wintersport in mei




Ik had niet gedacht dat wij onze meivakantie in de sneeuw zouden doorbrengen
Normaliter is het omstreeks deze tijd in onze streek vaak goed en behagelijk weer maar de vulkaan in ijsland heeft zijn invloed hier laten gelden met als resultaat dat ik nu bloot op skieen aan in de sneeuw poseer, gewoon omdat ik me niet laat kennen.
Nu heb ik het niet snel koud, maar de cement die hier op verwerking ligt te wachten is met nul graden op de thermometer niet van plan zijn chemische truukje te doen dus blijft er voor deze klusser niets ander over dan lijdzaam de vakantie dagen in de sneeuw uit te zitten en lollige foto’s te maken..

Ik kan niet eens skieen.

Heel erg veel jaren geleden heb ik het ooit met een vriendin in Oostenrijk geprobeerd.We waren daar door een toevallige samenloop van omstandigheden verzeilt geraakt en om de kerst nog enigzins leuk door te komen hadden we ons ingeschreven in een skiklasje van een lokaal hotel.
Om elf uur in de morgen bleken we de enige leerlingen te zijn die op een nauwelijks besneeuwde heuvel onder leiding van een verveelde leraar met vallen en opstaan van de heuvel af gleden. Rollend eigenlijk.
Wij waren er niet voor in de wieg gelegd voor dat skieen. Dat zag de leraar van ons ook al snel in.
Tegen de middag maakte hij zich handig uit te voeten en gaf ons nog een knipkaart voor de lift naar boven mee, dat we maar zien wat we er mee deden.

Na een eenvoudige lunch met veel drank voor de moed er in te houden raapten we ons en de skieen bijeen en bestegen de heuvel op de knipkaart. De ongemakkelijke schoenen begonnen me erg tegen te staan zodat ik liever lag dan stond. Dat bleek ook geen enkel probleem want de fles wijn was goed aangekomen. Ik kon alleen nog maar rechtuit naar beneden , bochten maken was onmogelijk door mijn weke knieen. De vriendin kreeg echter de swung te pakken en slalomde me sierlijk aan alle kanten voorbij.

Na deze escapade heb ik nooit meer op skieen gestaan ,tot nu dan, 26 jaar later. Deze latten vond ik op de zolder van ons huis. Overblijfselen van de vorige bewoners, die wel konden skieen .
Toch nog een keertje proberen maar wel zonder schoenen aan.Zonder iets eigenlijk.

Leuk voor het plakboek. Papa skiet.
Net echt.