Totaal aantal pageviews
over allerdaagse dingen
dinsdag 22 juni 2010
Afscheid
Voor me ligt een half pakje boterhammen. Pindakaas, want dat kan ik snel aanbrengen, zo s’morgensvroeg en dan op pad. Het ontbijt is de belangrijkste maaltijd van de dag maar in ons huishouden komt het niet van gezellig ontbijten mt elkaar. Dat krijg je met vier verschillende programma’s onder een dak. Dus dan maar eten op het werk.
Italianen ontbijten ook veelal buitenshuis. Een kop sterke koffie en een mierzoet broodje helpt hun door de ochtend heen. Ik gebruik dezelfde tactiek maar dan een bak hollandse automatenkoffie en een bruine boterham terwijl ik de mail aan het doornemen ben.
Zo af en toe valt er een broodkruim tussen het toetsenbord waardoor ik pas later tot de ontdekking kom dat in een geschreven zin plotseling elke E ontbreekt. Flink indrukken plet vaak de kruimel al tot stof maar een echte zemel blijft gewoon hardnekkig zitten en vereist een ingreep met een daartoe handig verbogen paperclip.
Binnenkort moet ik afscheid nemen van mijn ouwe laptop. We krijgen nieuwe, met led scherm en een batterij die veel langer mee gaat en een supergroot geheugen en dito harde schijf. Maar blijft ie ook heel?
Overleeft ie ook een val van de trap, vliegreizen naar andere kanten van de wereld, koffie en chocolade melk, taartrestanten en regenbuien toen ik een keer de tas met PC per ongeluk een nacht buiten heb laten staan en het had geregend.(slik)
Nog even en dan moet ik er afstand van doen. Vele duizenden emails zijn er mee verzonden, honderden brieven op getikt en ontelbare excel en powerpoints files mee geopend en op gemaakt. Verloren gewaande documenten mee hervonden en nieuwe kontakten mee gelegd. En nooit liet m'n laptoppie me in de steek.
Van mij hoeft ie dan ook niet weg.
De baas vindt van wel
zondag 13 juni 2010
Kaartjes
Zou het zijn dat men Kees Torn niet kent? In iedergeval waren er nog ruimschoots kaarten te koop voor zijn optreden. Meestal vissen we ernaast als in het dorpstheater een bekende grootheid zijn try out wil houden want dan zijn de kaarten al op voor het programma blad bij ons bezorgd is. Nu niet.
Kees Torn is leuk. Wie hem niet kent moet maar eens naar een optreden van hem gaan. CD’s maakt ie niet en het enige wat op internet staat zijn schimmige beelden van programma’s waar hij even heeft opgetreden of beelden die clandestien gemaakt zijn door een fan.
We moeten nog wachten tot oktober want dan komt ie pas.
Mijn eerste kennismaking met Kees Torn was een optreden tijdens een cabaretten festival, zo’n 15 jaar geleden. Een broodmagere lange jongeman met bril en krullend haar die slungelachtig en onbeholpen achter een vleugel gezeten geweldige teksten en liedjes voortbracht.
Dat onbeholpener heeft hij nog. Thuis woont hij in een puinhoop dat ooit eens werd geregistreerd tijdens een interview waarin hij zichtbaar ongemakkelijk de volle asbakken, legen glazen en vuile (af)was probeerde te verplaatsen om het niet al te dominant in beeld te laten brengen maar de cameraman was een vrouw wellicht en alles kwam in beeld.
Zelf kwam ik Kees eens tegen na een optreden bij het festijn “De nacht van het cabaret” waar ik met een vriend naar toe was gegaan, juist om hem weer te zien optreden. Een beetje schuchter kwam hij uit de artiestengang opgedoken op weg om in het cafe een stevig borrel in te nemen. Whisky, zo wist ik. Hij bleef bij een vriend die woonde in de stad slapen, hoorden wij. Leuk ook dat wij het leuk hadden gevonden. Buiten het toneel is hij ook niet anders dan erop. Toen zijn whiskey na enkele bedachtzame teugen naar binnen was gewerkt viel er een mooie stilte.
“Kom je ooit nog uit op CD?” vroeg ik
Hij bekeek het lege glas alsof het antwoord daar in te zoeken was en schudde het hoofd.
Gelijk had hij.
Kees Torn moet je zien in het theater.
zaterdag 12 juni 2010
Doorgeven
Bij het opruimen van de garage greep ik mis en als gevolg daarvan viel een blikken doos vol met boutjes, schroeven, ringetjes en andere prullaria uit mijn handen, op de vloer.
Ik heb wel drie zulke blikken, allemaal vol.
Daar dit niet een unieke gebeurtenis is heb ik mezelf jaren geleden voorzien van een krachtige magneet die in zulke omstandigheden erg handig blijkt.
Schimmige doosjes met overgebleven onderdeeltjes maak je niet, die komen in je bezit.
Mijn collectie is buitengewoon groot. Van een grote kist weet ik de oorsprong, daar die sinds mijn geheugenis in de schuur van mijn vader stond. Nog zie ik hem met een lange bout in de doos scharrelen, op zoek naar een specifiek ringetje of schroefje om onze fietsen bijeen te houden. Die doos staat met inhoud nog in de kast.
Toen ik in amsterdam 1 hoog in de oude borgerstraat vertoefde, huurde ik een etage onder van Ome Kluit. Gestoffeerd, wat in dit geval betekende dat ik tegen een zeer gedateerde inrichting moest aankijken met schilderijtjes waarop een onbekend artiest oostenrijkse landschappen en een huilend zigeuner jongetje had aangebracht.In zo'n frame met houten balken.
Toen ik die had vervangen door mijn smaak posters had Ome Kluit daags daarna met beverige hand geschreven dat alles moest blijven zoals het was en hingen de schilderijen weer precies zo. Twee maanden later was Ome kluit dood .
Omdat ik daar kon blijven zitten tot de sloop van de wijk zou aanvangen nam ik voor een symbolisch bedrag de inboedel van erven Kluit over en verpatste ik e.e.a. aan een jonge turk die de schilderijtjes niet zo mooi vond maar het tweepersoons bed en de grote kroonluchter met plastic glazen slierten wel. Op de zolder van het gebouw bleek ook Ome Kluit een klein afgesloten hokje te bezitten. Veel stond er niet. Een schilders trap met treden die onlogisch dicht op elkaar stonden, wat oud gereedschap waaronder een aantal zagen die ik nog heb en twee gevulde blikken met bouten en moertjes.
Elk mens krijgt in zijn bestaan een bakje met losse boutjes en moertjes.
Die overleeft ons, we geven haar door en doen er onze opbrengst van een leven knutselen bij.
Zo gaat dat nu eenmaal.
vrijdag 11 juni 2010
Consuminderen
Telefoon.
Of ik aan een nipo enquete wilde meedoen over koopgedrag.
Een jonge stem vroeg het met getraind enthousiasme. Het zou maar tien minuten van mijn tijd in beslag nemen. Tien minuten kan heel lang zijn maar er stond niks dringens op mijn programma dus stemde ik bij hoge uitzondering in om wat vragen te beantwoorden.
Soms moet je laten weten dat het ook anders kan . Ik ben een consuminder, een slechte consument dus.
Jaren geleden kwam bij ons het blad Genoeg! nog wel eens op tafel. Daar kon je dan met allerhande gebruikerstips leren hoe je eenvoudig kon meedoen aan consuminderen. Veel van die tips vond ik wat ver gezocht ,moet ik erkennen. Ook de artikelen zelf waren niet altijd zo sterk maar over het geheel genomen was het aardig om je licht bij op te steken.
Tot we zoveel practische tips hadden geimplementeerd dat van mij het blad genoeg de deur uit mocht.
“ Waartussen ligt Uw gezamelijk inkomen momenteel?” vroeg de telefoon.
Er werden wat bedragen opgenoemd waar ik m’n keuze uit kon maken.
Ik hield het bescheiden. Altijd toch een precair onderwerp en ik hou het maar op het meest simpele antwoord dat ik minder krijg dan dat ik verdien.
Afgezaagd, ik weet het.
Toch vertel ik geen leugen als ik zeg dat ik in de laatste 6 jaar geen groei meer in mijn salaris zie terwijl ik wel steeds meer te doen krijg.
“ heeft U een huur of koop huis?”
Ik zie me nog zitten bij de notaris. M’n vader op de achtergrond en met een pennestreek was ik gelukkige eigenaar van een hypotheek op een huis dat nog gebouwd moest worden. Dat is inmiddels al 23 jaar geleden. Nog immer hetzelfde huis.
“ welke grote aankoop heeft U recentelijk gedaan”?
Ojee.
Ik was het meeste geld kwijt aan een grote hoop hout in frankrijk maar iets anders schiet me niet te binnen. Hoe ver mag ik terug in de tijd? Telt de aankoop van ons huis in Frankrijk mee?
Als ik even daarna ophang vraag ik me af of ze er wat aan hebben.
Consuminderen
Dat ze daar nu nooit eens een enquete over houden.
Over meer met minder.
maandag 7 juni 2010
Mopje is dood
We hebben onze tranen de vrije loop gelaten. Mopje pitbull hebben we laten inslapen.
Hoe oud ze was blijft gokken, maar op een verjaardag van onze kleine meid was ze dr ineens. Tien, elf jaar geleden?
Een klein eigenwijs bont kleurig konienke dat zeer zelfbewust ons aan keek en leek te zeggen “ hier ben ik, maar pas op.”
Mopje was er. En we moesten oppassen. Als mevrouw niet wenste te grazen in de wei dan zette ze haar tandjes graag in je uitgestoken hand. Maar net zo makkelijk kon ze de liefste knuffel zijn voor kleine en grote verdrietjes die onze opgroeiende meid met haar deelde. Toen per abuis ze moest samenwonen met een ander konijn omdat ze anders zo alleen leek werd ze bezwangerd en gaf ze ons elf kleine monsters die ons noopte snel een groter hok voor haar te bouwen.
Mopje bleef een konijn met karakter . Winterhard ook, want zelfs in de afgelopen strenge winter bleef ze achter een dun doek verscholen in het hooi ons nauwlettend in de gaten houden. “Alles goed, zolang ik maar m’n korstje brood krijg”
Zodra de sloten van de keukendeur gingen sprong ze al opgewonden heen en weer.
Lekker.
Aan gezeldschap van andere konijnen had Mop lak. Een muis op visite in haar huis mocht nog wel maar veel groter was uitgesloten.
Zo bleef Mop over ons regeren. Gingen we op vakantie, Mop bleef wel waken over het huis. Waren er kinderen op visite, Mop liet zich wel knuffelen. Maar had Mop geen zin dan gaf ze niet thuis. En van die rare huishoudster die haar wel eens moest voeren begreep ze niks.
Zo vlogen jaar na jaar voorbij. Mopje werd steeds wat valer en wat dunner maar vond het leven best. Tot vorige week. Ineens hupte ze niet meer door haar huis. Monter was ze nog wel, maar de pootjes wilden niet meer. De dokter wist er geen raad mee. Mopje keek ons aan. “Mooie boel” zo leek ze te zeggen. En nog probeerde ze te huppen als de ochtend begon, de sloten van het slot gingen en het korstje brood werd gebracht, maar het ging niet meer..
Vanavond hebben we afscheid genomen van onze Mop.. en haar begraven onder haar geliefde grasveld, een plekje in de zon.
Daar hield ze van, onze Mop.
Rust zacht, gek konijn.
We zullen je missen.
Geheim
Jaren hadden ze het weten te verbergen voor de familie maar in een onbezonnen moment met iets te veel drank op had hun zoon verklapt dat zijn ouders naakt kampeerders waren.
Er werd verschillend op gereageerd. Eigenlijk wisten ze in de familie niet goed hoe er mee om te gaan. Naakt kamperen , kon dat straffeloos? En waarom zou je dat doen.
Nu het eenmaal bekend was werd hun voorzichtig nog wel eens gevraagd hoe dat nu was, zo naakt rond te lopen dat iedereen je kon bespieden. “Iedereen is naakt, dus dan valt het niet meer op” had ze geantwoord. Hij stond er bij en knikte. “Bloot slaat dood”
Het was een wat ongelukkige uitdrukking maar ach..
“Willen jullie mischien ons vakantiealbum eens inzien?” zou hij willen voorstellen maar zoveel moed had hij niet. Stapels lagen er in de kast. Telkens namen ze de boeken mee naar hun kampeeradres om dat met hun vakantie vrinden nog eens fijn door te bladeren.
Maar voor de familie bleven de boeken altijd dicht.
“En gaan jullie nouw weer in je nakie vakantie houwe” riep een omvangrijke schoonzus over de lange tafel heen. Het was haar meer te doen om de vraag te stellen als het antwoord er op af te wachten want toen de man met een lichte kuch probeerde een poging te doen was ze al afgeleid door een grote kotelet.
Elk jaar gingen ze terug naar dezelfde kamping. Al negentien jaar op rij.
Eerst ook met de kinderen maar toen die groter werden gingen ze alleen nog mee als ze gekleed mochten blijven.
Sinds afgelopen zomer waren ze voor het eerst daar alleen geweest.
“Ik vind het maar niks hoor, zo in je blote kont door iedereen aangestaard te worden.”
De schoonzus had haar kotelet op. Ze verwachtte bijval maar het bleef stil.
“Ik zou dr best eens willen kijken” opperde een neef voorzichtig.
“Oh, maar het is er net als op een gewone kamping hoor” zei de vrouw zacht. “Alleen vinden we het lekker om geen knellende kleren te hoeven dragen”, “En het is er heel proper”
Maar het gesprek ging al over voetbal.
Daar hadden ze beiden geen verstand van.
Bezoekers
Als ik om kwart over tien bij de poort van het naturisten terrein aankom, staat er al iemand. Prachtig weer voor een open naturistendag.
Een vriendelijke heer die nog druk in de weer is met zijn installatie schudt me de hand en met veel gebaren wijst hij mij een weg naar het ontvangst commitee dat zich elders op het terrein heeft gezeteld. Ik wandel nieuwschierig het pad op . Veel caravans, haast geen tenten. Erg druk bevolkt lijkt het me niet vandaag.
Om niet uit de toon te vallen trek ik mijn broek en T shirt uit, prop ze in mijn meegenomen linnen draagtas en loop de stoffige zandweg af . “Gaat U maar af op het geluid, U kunt het niet missen” had de man bij de poort gezegd. Ik zie een blokhut en wandel naar een eminente grijsaard die verscholen onder een parasol” de foldertjes beheert. Weer handen schudden.
Een bonnetje voor een kop koffie, een questionaire." Was ik al bekend met hun terrein'?
Meer mensen schieten op me af want ik ben een vreemd gezicht.
Toch maakt mijn blote verschijning dat ik niet als echt “nieuw” wordt gezien lijkt het me toe. Had ik mijn kleren niet beter aangelaten dan toch?.
Enfin.
Een andere grijsaard die ook veelvuldig in de aanwezige plakboeken en op de video te bewonderen was stelde zich voor als gids. “Na de koffie een rondje over het terrein lopen? Ik wilde wel. In de twintig minuten dat ik hier nu was had ik al het belangrijke nieuws al vernomen. Twee gebouwen gingen plat, een nieuw gebouw zou worden opgericht en de bouwvergunning was rond. Men was er vol van.
De ronde was alleraardigst. Bij elke bezienswaardigheid kreeg ik het verhaal dat er bij hoorde. Een grote Tipi tent voor de kleintjes geschonken door een Grote Onbekende, het saunagebouw dat moest worden vervangen, de vijver met een levende schildpad, de kinderspeelplaats vernoemd naar een weldoener die wel bekend was maar al dood...
Hier lag historie waar ik nooit deelgenoot van zou gaan worden. Gaanderweg kreeg ik in de gaten dat ik de gemiddelde leeftijd van de aanwezigen op het terrein behoorlijk naar beneden liet gaan. “Ja meneer” zuchte een heel oude rondleider die bij de blokhut op klanten zat te wachten, “ de jeugd heeft geen interesse meer in het verenigingsleven” Dat herken ik, maar ik snap ook dat de jeugd hier niet snel iets te zoeken heeft.
Ze hadden zelfs vorig jaar het volleybalnet maar afgebroken omdat er door niemand gebruik van werd gemaakt. Wel erg populair waren de jeux de boules banen. Ze hielden zelfs een competitie tussen andere naturisten verenigingen, met een wisselbeker als prijs. "Leuk", ik kon het me levendig voorstellen.
Het was duidelijk dat deze sport zich wel mocht verheugen op een grote schare deelnemers."We hebben hier 280 leden". Het klonk als erg veel want ik zag vandaag nauwelijks volk.
Genietend van een glas cola had ik mezelf netjes op een handdoek in een stoeltje aan een leeg tafeltje genesteld en nam een oud kluporgaan door.Ik vind het altijd lastig om gewoon te zitten rondkijken. Na een half uurtje had ik het blad wel uit. Er had in die tijd nog geen andere bezoeker de tafel met folders weten te vinden.
“ T’is erg rustig” mopperde een gezette kalende heer op leeftijd een beetje verongelijkt. Klaar voor de start en nu was er niemand.
Ik knikte, maar om opnieuw een rondje met hem te lopen vond ik weer iets te ver gaan.
Gelukkig voor de organisatie meldde zich dan toch een net gekleed ouder echtpaar. De organisatie veerde op en de catering schoot in de weer voor het schenken van twee koppen koffie.Ze waren inderdaad onbekend met het naturisme maar hadden toch de stap gewaagd om het terrein dan vandaag te bezoeken. Hoe leuk.
Toen voor mij de tijd was aangebroken om weer huiswaards te keren nam ik afscheid van de folderbewaarder. Mijn gids was er al vandoor met het gekleed echtpaar, de bejaarde grijsaard stond nog steeds met lege handen. Beetje sneu toch wel.
“Houdoe” .
Ik liep door het bos terug naar de poort. Gek, maar het voelde hier heerlijk en vertrouwd, lekker vrij. Dat had ik niet verwacht.
toen ik bijna bij de uitgang was aangekomen trok ik weer m'n shirt en de korte broek aan, met tegenzin.
De man bij de poort zat inmiddels op een stoel met een collega poortwachter naast hem . “T'is een mooi terrein hoor” riep ik hun toe.
Maar ze namen er geen notie van; een groep van 5 bezoekers waren uitgestapt en eisden al hun aandacht op.
“Ik breng U even naar de blokhut toe” riep de poortwachter blij.
Eindelijk werk aan de winkel voor de oude gids.
vrijdag 4 juni 2010
Grote schoonmaak
Bij het schillen van mijn meegebrachte appel vrees ik al wat even later na een hap bevestigd wordt; de appel is melig.
Jammer, want ik had net zo’n zin in een lekker hap sappige vitamines en nu zit ik met lege handen.
Een melige appel moeten eten is net zoiets als melk met klonters vet moeten drinken. Vroeger kreeg je zulke melk op school. Kleine kwart liter flesjes die in de warme klaslokalen snel lauw werden en dan in de pauze kokhalzend naar binnen moesten worden gewerkt,vanwege dat zoiets goed zou moeten zijn voor je botten.
We hadden toen een boterberg die op moest.
Er ligt nog een sinasappel op m’n buro. Altijd moeilijk eten, zo’n ding. De schil is van een dergelijke kwaliteit dat ik op zie tegen het werk en de beloning die er door vrij komt. Plakkerige vingers is toch het minste wat je krijgt maar niet zelden spuit het sap uit zo’n ding de rondte in waardoor ik nu nog wel eens last heb van een haperende toets op mijn keyboard of dokumenten die zitten vastgeplakt.
Mijn buro is een chaos en biedt na een week van hard werken de indruk dat hier een kleine ramp heeft plaatsgevonden en de eigenaar met onbekende bestemming is vertrokken naar elders. Er staat een stapelhoge toren van automatenbekers, sommige gevuld door lege boterhamzakjes of schillen van fruitvruchten waardoor het geheel gevaarlijk schuin aan het overhellen was.
Een iets lagere toren is zich aan het opbouwen aan de andere zijde van mijn computer systeem. Rondom hebben zich vele gele post-it blaadjes aan het tafelblad gekleefd waarop soms hele kryptische aantekeningen zijn gemaakt . “Brv moet morgen 7.30 naar 10.30 vezet kmr in agenda vlg week”
Ik hoop dat ik dat al gedaan heb, wat dit ook betekent.
Mijn opruimen beperkt zich tot het verzamelen en opstapelen van losse bladen tot een mooie stapel, de post-it blaadjes plak ik samen en leg ik weg een een van de opbergbakjes .
Buiten schijnt de zon, stralende hemel. Ik moet nog twee lange meetings in en dan is de agenda voor vandaag leeg. Met een schoon buro het weekend in is altijd een goed voornemen dus ik orden de papieren en grijp de bekertoren van pisa en stapel hem op de andere toren om deze in de beker disposel weg te gooien.
Onthouden; half volle bekers nooit opstapelen maar direct weggooien.
Nu nog het buro en laptop koffie vrij maken en dan naar huis.
donderdag 3 juni 2010
O zo benieuwd
Op 6 juni houden veel naturisten terreinen weer een open dag. Ik had vorig jaar andere prioriteiten maar ditmaal denk ik er echt over eens een naburig terrein te verkennen.
Niet dat ik lid wil worden hoor. Ik zal het maar eerlijk zeggen; t’is aan mij niet zo besteed
Tachtig euro lidmaatschapsgeld klinkt misschien nog redelijk maar wat ga ik daar doen?
Het is natuurlijk voor veel mensen die plezier beleven aan naakt recreatie een uitkomst om eens lekker in de natuur te vertoeven als je dat thuis niet kan of mag. Heerlijk als je je flatje in de randstad kunt verruilen voor een aantal vierkante meter caravan op een groen terrein. Ik hoef dat niet. Hoewel ik rondom buren heb loop ik er zo bloot bij als me dat aanstaat en door een weelderige begroeiing aan de randen van onze tuin is mijn blote verschijning grotendeels aan hun oog onttrokken, zo niet, mijn excuses alsnog.Nederland is te klein voor openlijk bloot.
Uiteraard worden ook veel mensen lid van naturisten verenigingen terwijl ze ook gerust thuis bloot kunnen lopen. Die gaan dan weer meer om de gezelligheid denk ik. Of omdat een groot terrein vaak meer te bieden heeft als een doorsnee achtertuin. Daar kan ik in komen. Toch blijf ik met de vraag zitten of ik me niet stierlijk ga vervelen als ik op zo’n terrein ronddool. Misschien zou ik met mijn handboek natuur mezelf bezig kunnen houden door een serieuze inventarisatie van insecten en planten. Er zit tenslotte niet voor niets het woord NATUUR in naturisme.
Helaas vindt maar een heel klein percentage “naturisten” zichzelf gericht op leven in en met de natuur. De overweldigende meerderheid echter ziet de natuur als een leuke bijkomstigheid maar zijn er vooral op uit om lekker lui, erg bruin te worden , met zonder strepen.
Tja. Misschien is het ook niet meer dan dat..
Naturisme mag vooral geen imago hebben van een geitenwollen sokken klupje dat wat wereldvreemd en kluizenaarsachtig bloot scharrelend door een afgelegen en omsloten terrein hun tijd spenderen aan naakt leven met en in de natuur en in harmonie met elkaar. Wel,van insiders weet ik dat zelfs men elkaars vuile was ook daar buiten weten te hangen, bloot of niet.
We zullen zien. Ik ga zondag mijn licht maar eens opsteken dan. Het wordt mooi weer en dat is een pre. Zal me voor de gelegenheid niet in al te veel kleren steken. Of wordt er verwacht dat je niets draagt op zo’n dag? Kijk, dat zijn nu weer van de practische dingen die me niet duidelijk gemaakt zijn. Maar ik neem toch aan dat op een naturisten terrein bij een open dag in ieder geval de vaste gasten zich niet in kleren verhullen.
Het lijkt me eigenlijk wel logisch als je reklame wilt maken voor naaktrekreatie maar logica op dit terrein is niet altijd vanzelfsprekend, zo heb ik gemerkt.
Nu voelt het nog als het scenario van open monumenten dag waar de gewone man een keer per jaar een kijkje mag nemen bij iets dat doorgaans gesloten blijft voor het publiek. Leuk, zo'n mogelijkheid. Nog een tip voor de organistie van de open naturistendag ; bodypaint jezelf een armband om of draag een grappig hoedje .Lijkt me wel zo handig als ik U met een vraag wil bestoken want anders herken ik U wellicht niet.
Bloot zijn we immers allemaal gelijk?
Abonneren op:
Posts (Atom)